- afkorten
- {{afkorten}}{{/term}}1 shorten ⇒ 〈woorden ook〉 abbreviate, abridge 〈verhaal〉♦voorbeelden:1 een rede afkorten • shorten a speechafkorten tot • abbreviate to
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels. 2015.
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels. 2015.